De overheid stimuleert investeringen in milieuvriendelijke bedrijfsmiddelen door middel van de Milieu-investeringsaftrek (MIA) en de regeling Willekeurige afschrijving milieu-investeringen (Vamil). Met deze fiscale faciliteiten kan een voordeel tot 14% van het investeringsbedrag gehaald worden voor bedrijfsmiddelen die op de Milieulijst staan.
De Milieulijst is in 2024 flink gewijzigd ten opzichte van 2023. Dit komt mede door een beleidswijziging: bedrijfsmiddelen die gangbaar worden, worden nu sneller van de lijst gehaald. Ook gelden er op een aantal gebieden strengere eisen; zo is het nu niet meer mogelijk subsidie te krijgen voor vervoersmiddelen met een fossiele brandstofmotor, zoals hybride en ‘dual-fuel’-varianten.
Aan de andere kant zijn de mogelijkheden voor stikstofvermindering verruimd. Zo is de omschrijving van het bedrijfsmiddel ‘NOx-emissie reducerende techniek’ gewijzigd; de eis is verlaagd van 70% naar 50% beneden de wettelijke eis en het aftoppingsbedrag is verhoogd tot € 5 miljoen om bedrijven te helpen de stikstofuitstoot in de industrie verder te verlagen.
Ook zijn er nieuwe mogelijkheden voor ‘Apparatuur voor het verminderen van ammoniak- en methaanemissies tijdens het uitrijden van dierlijke mest’.
Tevens is het bedrijfsmiddel ‘Selectieve NOx-reductie-installatie voor een crematieoven’ nieuw toegevoegd op de lijst.
In totaal zijn er 6 middelen aan de lijst toegevoegd en 108 van de lijst verwijderd. Daarmee staan er nu 243 bedrijfsmiddelen op de Milieulijst 2024.
Onveranderd zijn de aftrekpercentages voor de MIA op 27%, 36% en 45%; bij de Vamil mag 75% van de investering op een willekeurig moment worden afgeschreven. Er geldt een minimaal investeringsbedrag van € 2.500 per melding. In 2024 blijven de budgetten gelijk op € 192 miljoen voor MIA en € 25 miljoen voor Vamil.